Blog 13
"Laren en Leerdam"
Vandaag kijken we weer naar een ‘Zicht op Leerdam’. Het werk is geschilderd vanaf de Asperense oever van de Linge. De datering is niet duidelijk, maar zal vermoedelijk tussen 1910 en 1940 zijn.
In 2003 werd dit schilderij als uitbreiding voor de collectie, aan museum Het Poorthuis geschonken door de Rotary. Het olieverf schilderij is gemaakt door David Schulman (Hilversum, 31
oktober 1881 – Laren (NH), 21 oktober 1966).
David Schulman leerde al jong het vak. Zijn vader Lion Schulman was ook kunstschilder (hij maakte romantische landschappen in de stijl van B.C. Koekkoek) en deze nam hem vaak mee op wandelpad om waterverf schilderijtjes te maken. Vader Lion had in 1890 in Rotterdam, daarna in 1894 in Hilversum en later vanaf 1898 in Laren een kunsthandel en verkocht daarnaast ook verfmaterialen. David kwam als hij verf en ander materiaal ging afleveren al op jonge leeftijd in contact met bekende schilders in Laren. Eerst wilde hij niets zeggen over zijn eigen schilderambities. Maar het bleef niet geheim want de schilders zagen hem weleens buiten zitten ploeteren met penseel en verf. Ze gingen kijken bij de verlegen David en gaven hem adviezen.
David Schulman ging in 1901 in Laren vlakbij de Brink wonen en begon daar ook een winkeltje in schildersmaterialen. In 1904 exposeerde David Schulman zijn eerste schilderij met een winterlandschap op een tentoonstelling van de vereniging Arti et Amicitiae te Amsterdam. Dit was een succes, het werkje werd meteen verkocht aan collega Evert Pieters. Hij besloot op aandringen
van zijn collega schilders, waaronder Neuhuys zich nu toch maar volledig aan het vak te gaan wijden. Jan Hamdorff verbouwde ’De Vlasschuur’ tot twee kleinere ateliers en bood David er een aan tegen een vriendelijke huurprijs.
Hamdorff had een hotel in Laren en deed er alles aan om de kunstenaars te trekken. Ook Jacoba Louise Stuiveling-van Essen exposeerde bij hem, misschien herinnert u zich haar uit blog 7. Net voor de Eerste Wereldoorlog begon Hamdorff tentoonstellingen voor kunstenaars te organiseren. Een groep kunstenaars uit het Gooi kwam regelmatig bijeen in de oude tapgelegenheid,
die later werd omgedoopt tot ‘Het Kroegje van Jan Hamdorff’. In het Rotterdamsch nieuwsblad van 02-02-1910 lezen we van een brand die zijn kunsthandel en huis vernietigt. De verzekering dekt gelukkig de schade.
Schulman werkte hard en ambitieus en na een paar moeilijke jaren kreeg hij meer succes. Jan Hamdorff bemiddelde vaak bij de verkoop van zijn schilderijen. Ook Schulmans kunsthandel zorgde voor de nodige financiële armslag. Geleidelijk wist hij zich op te werken tot een van de meest
toonaangevende landschapschilders onder zijn Gooise collega’s. Toen hij ook financieel succesvol werd, liet hij villa Beukenoord met atelier aan de Torenlaan 57 ontwerpen bouwen door architect Elzinga.
In 1913 ging hij hier met zijn vrouw wonen, die hij in Rhenen had leren kennen. Op een impressionistische en naturalistische manier maakte hij veel dorpsgezichten, landschappen, havengezichten en ook stillevens en portretten. Zijn beste schilderijen waren die waarop de lage boerderijen aan rulle, besneeuwde zandpaden liggen te dromen, badend in het zonlicht, Niet
wars van effecten ving hij het tafereel vaak in de oranje-rode gloed van ondergaande zon. Zijn penseelstreek was fors, de vormen van de huizen suggestief, breed opgezet. De afwezigheid van mensen versterkt het weemoedige, eenzame gevoel. Een periode schilderde Schulman veel in
Amsterdam.
Na de Eerste Wereldoorlog werd het leven duurder, ook voor de kunstenaars in het Gooi. Vermoedelijk suggereerde David Schulman, de vroeger winkelier in schilders benodigdheden, dat een gezamenlijke inkoop van schildersmaterialen kostenbesparend zou werken. De schilders verenigden zich in een coöperatieve handelsonderneming waardoor aangesloten leden tegen sterk gereduceerde
prijzen materialen konden aanschaffen. In 1921 ontstond hierdoor een schildersvereniging: de Vereeniging van Beeldende Kunstenaars Laren-Blaricum. Schulman was hiervan secretaris. In 1925 waren er al honderden leden. Er ontstond wel onenigheid over de kwaliteit van de toegelaten leden. Hamdorff wist de boel te sussen en het ledenaantal steeg tot 125.
Na het vertrek van Hamdorff in 1929 en zeker na zijn overlijden in 1931, namen de partijen stelling. De professionele kunstenaars eisten verscherpte toelatingseisen terwijl de andere partij een gematigd standpunt innam. In 1935 viel de vereniging uiteen. ‘Laren-Blaricum’ ging verder onder voorzitterschap van Co Breman. David Schulman werd de voorzitter van de nieuw op te richten Gooische Schildersvereeniging.
Hij ontving een aantal onderscheidingen waaronder de Willink van Collenprijs in 1909, een bronzen medaille op een tentoonstelling in 1910 in Santiago, in 1915 een zilveren medaille op een internationale tentoonstelling in San Francisco, bij St. Lucas in 1930 een gouden medaille en een gouden medaille van Koningin Wilhelmina in 1939. Hij was lid van een aantal kunstenaarsverenigingen waaronder De Gooise Schildersvereniging, Arti et Amicitiae in Amsterdam, Sint Lucas, en Pulchri Studio in Den Haag.
De periode rond de Tweede Wereldoorlog was zwaar en moeilijk voor hem. Hij was van Joodse afkomst en hij was zijn leven niet zeker. Zijn huis werd gevorderd en onteigend. Zijn oude 91-jarige vader en een groot aantal familieleden werden gedeporteerd en overleefden dit niet. Hijzelf werd in
1943 door de Duitsers opgepakt en zat drie maanden in Westerbork. Dankzij acties van vrienden wist hij uit Westerbork te ontkomen. Ze wisten met veel moeite zijn huis te verzegelen en na de oorlog konden zij het huis en atelier weer voor hem vrij krijgen. Zijn huis moest grondig worden opgeknapt, maar zijn werken vond hij ongeschonden terug.
David Schulman was een landschapsschilder met een sterke persoonlijke visie. Hij heeft veel Gooise dorpsgezichten geschilderd en had vooral veel succes met zijn helderkleurige en vaak zonnige winterlandschappen. Hij werkte onafgebroken en rustig en zijn kunst werd hoog gewaardeerd. Zijn
vriendschappen met collega’s en zijn activiteiten op het gebied van de Gooise schildersverenigingen maakten hem tot een gewaardeerde figuur in het Larense kunstgebeuren. Schulmans 70-ste verjaardag werd in 1951 gevierd met een ere-tentoonstelling in de kunstzaal van Hamdorff en een feestelijk jubileumdiner. In 1955 werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
Zijn echtgenote Marie le Cavelier overleed in 1956 waarna hij hertrouwde met Jeanne Giltay. In 1963 vond er een ere-tentoonstelling plaats in het Singer Museum te Laren. Schulman bleef tot op hoge leeftijd actief met schilderen en was een van laatst overgebleven schilders van de Larense School.
Hij overleed in Laren op 21 oktober 1966 en werd onder veel belangstelling begraven op het St. Janskerkhof te Laren.
Van zijn omvangrijke oeuvre zijn werken in het bezit van o.a. het Singer Museum, het Joods Historisch Museum, Rijkscollectie Den Haag, het Goois Museum te Hilversum en de Gemeente Laren. Als techniek gebruikte hij meestal olieverf op doek of paneel, maar ook gewassen pentekeningen met O.I.-inkt en gouaches. Zijn stijl was impressionistisch, hij schilderde en tekende met een vlotte, krachtige streek. In zijn landschappen waren geen of slechts sporadisch personen te zien.
Een ander bekend werk met Leerdam als onderwerp is dit werk wat onlangs op Catawiki stond.
https://www.catawiki.nl/l/28230655-david-schulman-1881-1966-haven-van-leerdam
Dit moet voor 1914 zijn gemaakt, vanwege de nog intacte molen op de Westwal. Verder is niet bekend of David Schulman vaker in of rond Leerdam heeft gewerkt. Hij heeft vast de werken van Leerdam gezien van zijn collega Nico Bastert, ze kenden elkaar van Pulchri en Hamdorff en ze exposeerden
regelmatig samen. Herman Heijenbrock, bekende tekenaar van de arbeiders in de Glasfabriek, hoorde ook bij de kunstenaarskolonie in Laren. Collega schilder W.G.F. Jansen exposeerde in 1940 met een Leerdams stadsgezicht bij Hamdorff. W.A. Knip, ook een Gooise schilder, heeft geschilderd in Leerdam, net als de Amsterdamse schilder Bart Peizel die hij kende van St. Lucas.
Niet ondenkbaar dat ze elkaar op ideeën hebben gebracht. Interessant ook is het krantenbericht uit 1935 waarin staat dat de heer Cochius, directeur van de Leerdamse glasfabriek, een presentatie van het glas (en het belang van de 'scheppende geest van de kunstenaar voor het glas') heeft gehouden in Hotel Hamdorff, waar David Schulman bij was als voorzitter van de schilders vereniging. Vier jaar later had David Schulman een werk 'Leerdam' ophangen op de zomerexpositie in Kunstzaal Hamdorff.
Bronnen:
• www.david-schulman.com
• https://www.devalk.com/kunstenaars/schulmanlion/schulmanlion.html
• Jan P. Koenraads, Laren en zijn schilders, kunstenaars rond Hamdorff
• Gooi- en Eemlander 20-05-1905
• Gooi- en Eemlander, 12-08-1905
• Leeuwarder Courant, 19-01-1925
• Gooi- en Eemlander, 30-10-1931
• Gooi- en Eemlander, 18-01-1935
• Gooi- en Eemlander, 02-06-1939
• De Waarheid, 11-10-1963
• Algemeen Handelsblad, 22-10-1966